Mineur toonladders

Wanneer je het voorgaande begrijpt zal je het volgende gedeelte ook snel onder de knie hebben. Normaal gezien ben je ondertussen in staat om - met behulp van jouw horloge - de juiste akkoorden te vinden en zo een familie in majeur te vormen. We kunnen deze techniek nu ook toepassen om de akkoorden te vinden voor een familie in mineur.


Houd er rekening mee dat de intervallen anders zijn, net zoals de volgorde van de akkoorden. Voor een familie in mineur gebruik je min of meer hetzelfde principe, maar met een ander vertrekpunt, de mineurcirkel.


Weet je nog dat binnen de mineurtoonladder de akkoorden één, vier en vijf altijd mineur zijn terwijl de akkoorden drie, zes en zeven majeur zijn? Hieronder zie je de toepassing daarvan voor de toonladder van ‘a’ (lees: A-mineur).

FacebookInstagramLink

Net zoals bij de majeurcirkel staat het iv-akkoord aan de linkerkant en het v-akkoord aan de rechterkant ten opzichte van de grondtoon. Boven het eerste akkoord (‘a’), vinden we de majeurakkoorden VI, III en VII. Wanneer je deze akkoorden afleest voor de familie van ‘a’ kom je terecht bij de akkoorden: a, b°, C, d, e, F, G.


Nog even een recap: Weet je nog dat we over de samenhang tussen majeur en mineur hebben gesproken? We hebben zonet geleerd om de families C en ‘a’ te vormen door het gebruik van de kwintencirkel. Wanneer we de families van C en ‘a’ onder elkaar plaatsen ziet dat er als volgt uit:

Valt het jou op dat beide families dezelfde noten en akkoorden delen? Dat is exact waar ik het daarnet over had: we hebben de samenhang gevonden tussen de majeurtoonladder en de natuurlijke mineurtoonladder (en omgekeerd)!


In het begin van dit gedeelte zijn we begonnen met het aflezen van alle noten binnen een bepaalde familie. Merk op dat we door het voorgaande een tweede manier hebben gevonden om dit te bereiken. De keuze is dus aan jou!

FacebookInstagramLink